Opinie: Google straft Apples Siri-achterstand genadeloos af

Google mag terugkijken op een succesvolle presentatie tijdens ontwikkelaarsbeurs Google I/O. De boodschap tussen de regels door: Apple kan aan de slag om zijn grootste concurrent bij te benen op meer fronten dan ooit.

Hoe Google I/O Apple de les leest

Hoewel Googles beurs logischerwijs vooral een Android-aangelegenheid is, is de presentatie ook voor Apple-gebruikers interessant. Veel van de populairste iOS- en macOS-apps zijn immers afkomstig uit de keuken van Google, waaronder Google Maps, Gmail, Foto’s en meer.

Lees ook: Google I/O 2018: de 6 belangrijkste aankondigingen voor iPhone-gebruikers

En daar schuilt een gevaar voor Apple: veel van de verbeteringen die Google doorvoert, zijn straks ook op de iPhone te gebruiken. Hiermee laat Google bijvoorbeeld zien hoe ver het bedrijf voorloopt met onder meer de Google Assistant. Ook laten apps als Gmail en Google Foto’s zien hoe Google met machine learning en kunstmatige intelligentie apps voor jou laat werken.

Al deze functies werken nog beter op Android dan op iOS, waardoor steeds meer mensen de vraag gaan stellen of de voordelen van de iPhone nog opwegen tegen het geweld van Google.

Te lang gewacht

Zo ver is het nu nog niet, maar ook tijdens Google I/O 2018 werd duidelijk dat Apple te lang een te afwachtende houding heeft gehad. Veel van de problemen waar Apple ten opzichte van Google mee worstelt, zijn namelijk te herleiden naar spraakassistent Siri. Apple was er vroeg bij met zijn assistent, maar deze loopt inmiddels flink achter op Amazons Alexa en Googles Assistant.

Door Apples strikte privacybeleid is het lastig voor het bedrijf om data van gebruikers te verzamelen en gebruiken om Siri beter te maken. Google springt wat minder zorgvuldig met deze gegevens om, waardoor de Assistant grotere stappen in minder tijd kan zetten. Zo voerde de digitale assistent tijdens de keynote een volledig telefoongesprek om voor jou een kappersafspraak in te plannen. Ondertussen kun je Siri niet eens vragen om iemand via de HomePod te bellen.

De Google Home-speakers zijn een goed voorbeeld van deze afwachtende houding. Apple is jaren bezig geweest met de HomePod, schrapte meerdere malen de plannen en bleef keer op keer functies toevoegen en schrappen. Dat zorgde ervoor dat de HomePod pas begin dit jaar verscheen en nu pas in drie landen verkrijgbaar is. Ondertussen komen Googles Home-speakers in steeds meer landen beschikbaar (waaronder Nederland), met een assistent die een stuk slimmer en bruikbaarder is dan Siri.

Siri’s achterstand wordt steeds pijnlijker

Siri stoot ook haar neus tegen de gesloten software van Apple. Dit heeft het bedrijf jarenlang geholpen (en helpt nog steeds mee) om snelle en veilige besturingssystemen te maken, maar is een doorn in het oog als het op kunstmatige intelligentie aankomt.

De Google Assistant is in relatief korte tijd op 500 miljoen apparaten actief, omdat Google de software ook op apparaten van andere bedrijven laat werken, waaronder de iPhone en iPad. Dat maakt de kans groter dat een gebruiker meerdere apparaten in huis heeft die allemaal met dezelfde assistent bestuurd kunnen worden. Met Siri zijn je opties beperkt tot het handjevol apparaten dat in de Apple Store ligt.

Nu digitale assistenten niet alleen meer gebruikt worden om afspraken te plannen en grappige vragen aan te stellen, wordt de achterstand van Siri ook steeds pijnlijker duidelijk. Google heeft kunstmatige intelligentie in bijna al zijn apps verwerkt, van de camera tot Google Foto’s. Daardoor gaat het ook steeds beter opvallen wat de mogelijkheden hiervan zijn, en tegelijk welke kansen Apple dus laat liggen.

Gaat Apple in de aanval met WWDC 2018?

Het is nu aan Apple om met WWDC 2018 te laten zien dat deze afwachtende houding verleden tijd is. De afgelopen maanden heeft het bedrijf al meerdere start-ups overgenomen en meerdere experts op het gebied van kunstmatige intelligentie aangenomen, waaronder een oud-topman van Google. Dat belooft veel goeds, maar Apple heeft meer nodig dan dat om de opmars van de Google Assistant het hoofd te bieden met Siri. Juist in het jaar waarin iOS 12 zich wil focussen op stabiliteit en het voorkomen van bugs, is dat een grotere uitdaging dan ooit.

Lees ook: Hoe Siri’s dramatische start Apple nog steeds problemen oplevert